Verlang je naar stilte en rust? Dan is het tijd om te denken aan je eigen Japanse tuin! Maar welke elementen kies je en welke materialen gebruik je daarvoor? Volg de gids…
Het is geen geheim: Japanse tuinen stralen stilte, rust en zen uit. Ze zijn een uitdrukking van spiritualiteit, worden gezien als schilderijen en schijnen kalmerend en rustgevend te werken. Gelukkig moet je niet naar Azië om te genieten van Japanse tuinen. En waarom creëer je er thuis niet een?
Een Japanse tuin is in de eerste plaats een goed gekozen combinatie van stenen en planten. Wanneer je aan een Japanse tuin denkt, zie je een voorgrond met een watersteen, enkele planten en een combinatie van stenen en bomen met op de achtergrond, bijvoorbeeld een haag van bamboe.
Yin en yang
In een Japanse tuin vind je geen rechte lijnen. Je speelt meer met asymmetrie, terwijl de planten en rotsen de tuin structuur geven – geen beton, borders of omheiningen. De verschillende stukjes van de tuin moeten mooie asymmetrische vormen en zo een goed mogelijk evenwicht creëren om ervoor te zorgen dat er rust ontstaat. Het is een soort mix tussen yin en yang, tussen vol en leeg, met een goed uitgedacht evenwicht.
Daarom kies je ook planten die ademen! Het is aan jou om stevige planten te kiezen zoals eiken, vruchtbomen, hazelaren, dennen, hinoki-cipressen, Japanse iepen of Japanse esdoorns, maar ook bodembedekkende planten, bomen van de prunus-familie (zoals de Japanse kers), mos, varens en bamboe. Natuurlijk moet je bij de keuze van planten rekening houden met het klimaat, de wind en de ligging van de tuin.
Oneven aantallen
Maar let op: een Japanse tuin zweert bij oneven getallen, wat positieve symbolen vvan uitmuntendheid zijn. Je plant dus niet per twee of vier, maar liever per drie, vijf of zeven. Hetzelfde geldt voor rotsen en andere decoratieve objecten. Alles in de geest van openheid en ruimte.
In een Japanse tuin respecteer je de ruimtes tussen de elementen om ze te laten ademen en ze in hun waarde te laten. Geen warboel, maar eerder een uitgedachte en goed geplande tuin. En ook geen vloekende decoratiestijlen. Soberheid heerst, net zoals eenvoud.
David Wirzba
Ishi, wasda?
Geen ongepaste opeenstapeling van grote elementen zoals fonteinen, watervallen of bruggen. Kies altijd voor doffe kleuren en ruwe oppervlakken, niet voor glimmend. Plaats bijvoorbeeld Japanse stapstenen van grijze, rechthoekige tegels, een terras van hout en paaltjes van leisteen. Je kan stenen gebruiken die ‘Ishi’ genoemd worden, die lijken alsof ze door de tijd versleten zijn én die je in de natuur kunt vinden – gerangschikt in oneven getallen natuurlijk.
Over materialen gesproken, ga vooral ook voor natuurlijke elementen die passen bij de rijke Japanse natuur. Zeg nee tegen synthetische materialen en plastic.
Water en verlichting
Water dan: je vindt het in elke Japanse tuin, in de vorm van een vijver, een klein reservoir, een waterval of een fontein. Enkele vierkante meters volstaan, en hoe fijn is het vervolgens om het stromen van het water te horen en te kijken naar de kleine vogeltjes die er komen drinken!
Voeg mooie verlichting toe (met decoratieve waarde voorandere elementen zoals het reservoir, een grote steen of de bamboe haag) en enkele Japanse decoratieve elementen zoals een lantaarn of een mooi houten tafeltje.
Het pad is het belangrijkst!
De route die je door je Japanse tuin aflegt, is als een reis die je als bezoeker uitnodigt tot concentratie en aandacht. Weet dat het niet romantisch hoeft te zijn. Het is net een natuurlijke plek, wat ongepolijst mag dus zeker.
Vergeet uiteindelijk niet dat tuinieren of door de tuin wandelen ook therapeutisch kan werken. Het is daarom goed om de tuin te creëren met het oog ophet stimuleren van de zintuigen en het ervaren van gevoelens. Een Japanse tuin is daar perfect voor. Twijfel niet, je zal uitgebreid van je Japanse tuin genieten wanneer je erin kan relaxen…