Van tegels bestaan er natuurlijk verschillende soorten, elk met zijn voor- en nadelen. Welke tegel je best kiest voor jouw huis? We gidsen je door de mogelijkheden…
Betegeling is alomtegenwoordig in onze huizen. Maar bestaat meer dan één type tegel. Wij maken een onderscheid tussen drie hoofdtypen: terracotta tegels, natuurstenen tegels en geglazuurde tegels.
1. Terracotta tegels
Zoals de naam al doet vermoeden, zijn terracotta tegels gemaakt van gebakken klei. Ze komen vaker voor in de zuidelijke landen. Deze tegels zijn over het algemeen vrij zacht en gevoeliger voor slijtage en vlekken. Terracota tegels moet regelmatig behandeld worden met lijnolie of paraffine. De voordelen? Ze worden gewaardeerd om hun natuurlijke en rustieke uiterlijk en hun "warmte". Cementtegels, die nu weer in zijn, vallen onder dezelfde categorie: die van de keramische tegels.
2. Tegels van natuursteen
Natuursteen komt vaak voor in oude gebouwen maar zijn ook erg populair in moderne huizen. Veel steensoorten bieden specifieke kwaliteiten. Graniet, bijvoorbeeld, wordt gewaardeerd om zijn hardheid, terwijl ook marmer door de vele kleurschakeringen weer in opmars is. Ook populair in België is blauwe steen.
Natuursteen is over het algemeen duurder en tegels die ervan gemaakt zijn, zijn soms moeilijker (of duurder) te plaatsen vanwege het minder regelmatige aspect. Daarnaast moet ook rekening worden gehouden met het hoge gewicht (en de dikte), vooral als de tegels op de eerste verdieping worden gelegd.
3. Geglazuurde tegels
Dit type behoort tot de meest voorkomende tegelfamilie in onze moderne huizen en bevat verschillende subcategorieën die niet zo slijtgevoelig zijn. Daarnaast zijn keramische in trek vanwege hun onderhoudsgemak, hun betaalbare prijs, hun standaardisatie die de installatie vergemakkelijkt en de grote verscheidenheid aan kleuren en afwerkingen.