Het juiste moment om te snoeien hangt af van de struik. Een lentestruik moet niet in dezelfde periode worden aangepakt als een zomerstruik…
Afhankelijk van het type struik moet dit op drie periodes in het jaar worden gedaan: in de late winter, in de vroege zomer en in de herfst. Waarom? Snoeien is een echte verjonging voor planten en stelt hen in staat weer prachtig te groeien.
Zomerstruiken
De in de zomer bloeiende struiken hebben zonder onderhoud de neiging om alleen aan de uiteinden te bloeien en een verwaarloosd uiterlijk te krijgen. Om de groei van nieuwe bloeiende scheuten mogelijk te maken, bestaat het snoeien uit het inkorten of verwijderen van scheuten die het vorige seizoen bloeiden. Dood hout, takken die elkaar kruisen en overlappen, moeten worden verwijderd om het hart van de struik te beluchten en zijn kracht te behouden. Het juiste moment om tot actie over te gaan, is tegen het einde van de winter, buiten de vorstperiode. Gebruik hiervoor een scherpe snoeischaar die regelmatig gedesinfecteerd wordt om verspreiding van ziekten te voorkomen.
Lentestruiken
Lentestruiken snoei je het best aan het begin van de zomer en niet aan het einde van de winter omdat dit anders de bloei zal tegengaan. Je moet droge of overbodige takken verwijderen en de oudste takken terugplooien naar de basis om de bloei van jonge scheuten te bevorderen.
Hagen
In maart, aan het einde van de winter dus, moet je ze fors snoeien om ze vorm te geven. In de zomer ga je dan opnieuw aan de slag om de haag weer in evenwicht te brengen, met name door het verwijderen van onevenredig lange of lelijke takken. De laatste keer snoeien, moet in de herfst gebeuren, meer bepaald om het silhouet in evenwicht te houden. Vermijd dat de grootste takken worden verwijderd zodat de structuur stevig blijft.
Conclusie
Ongeacht het type struik is snoeien een essentiële ingreep omdat het een belangrijke rol speelt in de bloei maar natuurlijk ook omdat het netter oogt. Let erop dat je op het juiste moment snoeit.