Talloze bouwwerken van het Romeinse Rijk staan nog steeds overeind. Hoe het komt dat ze die serieuze tand des tijds hebben overleefd?
Terwijl veel betonnen bruggen en structuren van kort na de Tweede Wereldoorlog tekenen van zwakte vertonen, staan sommige structuren die tweeduizend jaar geleden door de Romeinen werden gebouwd, nog steeds recht, zelfs wanneer ze door de zee en diens golven wordt aangevallen. Het geheim zit ‘m in… cement!
Beter dan modern cement
Modern cement, bekend als Portlandcement, is bestand tegen de elementen die decennia lang, maar zeker niet millennia lang woeden. De bruggen die eind jaren veertig en begin jaren vijftig in heel Europa zijn gebouwd, zijn er om dit te demonstreren.
De lange levensduur van gebouwen gebouwd met "Romeins cement" zit in de samenstelling van de mortel. In een tekst uit 30 v.Chr. van de ingenieur Marcus Vitruvius wordt ontdekt dat het mengsel destijds bestond uit as, vulkanisch gesteente, kalk en… zeewater. Plinius de Oudere ging zelfs zo ver door het cement van die tijd te omschrijven als "een mengsel dat in staat was om zichzelf om te zetten in steen die met de tijd sterker en sterker wordt".
Laboratoriumanalyses toonden aan dat het cement sporen van obermoriet bevatte, een zeer fijn kristal. Hierdoor kan het cement zichzelf herstellen. Bij regen of golven lost een klein deel van het beton op in het water en laat het een netwerk van kleine gaatjes achter. Het water reageert dan met de vulkanische mineralen in het cement en vormt tobermorietkristallen die deze holten vullen. Aan deze reactie dankt het cement zijn "eeuwige leven".
Voor onze moderne gebouwen is het tegenovergestelde het geval. De vochtigheid zorgt er immers voor dat de in de mortel gegoten stalen versterkingen gaan roesten. Portlandcement erodeert bodendien veel sneller dan zijn voorouder…