Een mooi gazon heeft regelmatig onderhoud nodig, met een maaibeurt uitgevoerd volgens de regels van de kunst. En daarbij hoort ook een grasmaaier die zo goed mogelijk aangepast is aan je terrein!
Wanneer je een nieuwe grasmaaier moet kopen om je gazon mee te bewandelen (we hebben het dus niet over zitmaaiers), vind je in de winkel twee grote trends: machines uitgerust met een elektromotor, en anderen met een benzinemotor.
Het nodige vermogen
Een elektrische grasmaaier beschikt over een minder groot vermogen in vergelijking met modellen met een verbrandingsmotor. Logischerwijs zijn die eerste dus beter aangepast aan kleinere oppervlaktes. Een aantal fabrikanten heeft echter modellen ontworpen die een oppervlakte tot duizend vierkante meter kunnen maaien, maar die zijn nog niet wijdverspreid. Behalve het lagere vermogen moet je er ook rekening mee houden dat een elektrische grasmaaier een stroomkabel heeft. Dit beperkt je bewegingsvrijheid en het zorgt ervoor dat je voorzichtiger moet zijn bij het maaien (om de kabel niet in stukken te maaien), terwijl je ook een stopcontact in de buurt van de tuin moet hebben, en een verlengkabel.
Maar elektrische maaiers hebben niet enkel nadelen! Ze stoten immers geen CO2 uit en produceren minder lawaai dan hun tegenhangers op benzine! Je buren zullen dat zeker appreciëren! Bovendien vraagt een elektrische grasmaaier minder onderhoud omdat het ontwerp van de motor eenvoudiger is.
En met verbrandingsmotor?
In tegenstelling tot elektrische modellen zit je bij benzinegrasmaaiers niet vast aan een stroomkabel, terwijl ze ook meer maaikracht leveren. Daardoor is een benzinemaaier ideaal voor grotere oppervlaktes, hellend terrein en hoger gras. Je hoeft ook minder vaak te maaien met een benzinemodel. Maar zoals hierboven vermeld, zijn ze veel lawaaieriger. Je vraagt daarom best bij je lokale overheid wanneer er gemaaid mag worden.
Elektrische maaiers met batterij?
Elektrische grasmaaiers met batterijen worden steeds populairder, net als robotmaaiers. Deze twee oplossingen zijn enkel aangeraden voor kleine oppervlaktes (zoals een stadstuin), want de autonomie, het vermogen en de efficiëntie van deze modellen zijn nog eerder beperkt.