Onlangs ging ik eten in een restaurant waar ik nog niet eerder geweest was. En ik was dan wel blij met wat er op mijn bord lag, ik was vooral ook fan van wat ze gedaan hadden met het plafond: balken, en ook overal hang- en plafondlampen.

Ik mag dan wel op veel vlakken eerder origineel uit de hoek komen, ik geef toe dat ik vaak ook nogal klassiek ben. Een plafond? Één lichtpunt. Maar wat was het aangenaam hier, die verschillende lichtbronnen die tussen de donkere houten balken kwamen piepen.
Ik telde twaalf hanglampen in de kamer. Allemaal verschillend. De materialen, de vormen, de grootte, het aantal lampen… Hier lamp met zwarte kabels met daaraan gouden bollen. Daar een hanglamp van gevlochten rotan met daarin één enkel rond peertje. En daar dan weer een kristallen luster met middenin een zwarte lamp. Of nog een klokvormige hanglamp van transparant glas en goudkleurig metaal…
Om de twee balken was er een armatuur tegen het witte plafond gemonteerd. Dat was de enige regelmaat: de ruimtes tussen de lampen. Ik denk dat je over een ruime kamer moet beschikken om dat mooie effect te krijgen. In mijn huis zou het, ook al zijn de kamers groot, een beetje rommelig zijn. En je zou ook verstrikt raken in de vele hanglampen: de plafonds zijn niet hoog genoeg.
Kortom, een heel schattig en charmant idee om weg te dromen op plaatsen waar feest en magie elkaar ontmoeten! Niets meer of minder dan een briljant idee!