Het is één van de hoogtepunten in het programma van de PTB: “iedereen kan zijn huis renoveren en isoleren dankzij een derdebetalersysteem”, legt de Franstalige communistische partij op haar website uit. Maar is dat allemaal wel financierbaar en dus ook doenbaar?
Als er één partij is die uitblinkt vanwege de gedurfdheid van haar voorstellen, dan is het wel de PTB. Het nieuwste voorstel: “renoveren moet een recht worden, en het kan gemakkelijk gefinancierd worden via een derdebetalersysteem”, legt de communistische partij uit. Om dit te bereiken wil de PTB gezinnen een lening geven voor energiebesparende isolatie- en renovatiewerken, die na verloop van tijd moeten worden terugbetaald met het geld dat wordt bespaard dankzij lagere energierekeningen als gevolg van de uitgevoerde werken.
Concreet overweegt de PTB de oprichting van een publieke bank die het geld voor de renovatieleningen moet voorschieten. De partij verwijst naar het voorbeeld van Duitsland, waar de overheidsbank KFW dit soort leningen geeft. Volgens de PTB: “hoef je niets uit te geven om je huis te financieren” en “is het mogelijk om je huis te renoveren zonder een cent te betalen”. Toverkunst!
Droom versus realiteit
Om dit derdebetalerssysteem te financieren, pleit de PTB voor de oprichting van een 100% publieke bank. De bank zou gefinancierd worden door de Belgische staat, die een schuld heeft van ongeveer €507 miljard… Gezien het feit dat de renovatie van het volledige woningbestand van het land volgens een studie van BNP Paribas Fortis zou oplopen tot zo’n € 378 miljard, rijst de vraag: waar gaan we dat geld vandaan halen? Een oplossing zou zijn om een beroep te doen op spaarders, via overheidsobligaties, maar de meest recente uitgave van die obligaties bracht in maart slechts €433 miljoen op. We zijn er dus nog lang niet! Bovendien lopen we bij een dergelijk avontuur met zulke astronomische bedragen een reĂ«el risico dat de financiĂ«le rating van BelgiĂ« naar beneden wordt bijgesteld en investeerders worden ontmoedigd…
De communisten leggen ook uit dat op de lange termijn “dit voor de bank een boekhoudkundige nuloperatie is, omdat het geld wordt terugbetaald via de energiefacturen”. Ook hier is het optimisme aandoenlijk. Als de besparingen op elke factuur als gevolg van de uitgevoerde werken worden gebruikt om de lening terug te betalen, wat gebeurt er dan als er steeds meer koude en warme periodes zijn, waarin veel energie wordt verbruikt?
Tot slot legt de PTB ook uit dat: “aangezien de lening wordt terugbetaald via de verlaging van de energierekening, zal de schuld in kleine schijven worden afgelost. We zullen ervoor zorgen dat het bedrag van de terugbetaling altijd in verhouding staat tot de verlaging van het bedrag van de energierekening, door de terug te betalen bedragen aan te passen. Met een plafond als de energieprijzen stijgen"… Want uiteraard is het de PTB die aan het hoofd komt te staan van de publieke bank! Maar even serieus: ook hier moeten een aantal vragen worden beantwoord, en niet de minste. Hoe zullen terugbetalingen gebeuren als het plafond wordt overschreden? Hoe zullen de verschillende stedenbouwkundige diensten, die in de meeste gemeenten al overbelast zijn, omgaan met de verwachte toevloed van aanvragen als zo’n systeem wordt ingevoerd? Dezelfde vraag geldt voor de bouwsector, die worstelt met een schrijnend tekort aan geschoolde arbeidskrachten.
Al deze struikelblokken suggereren dat dit zoveelste revolutionaire voorstel van de PTB eerder een utopie is dan een geniaal idee…