In tegenstelling tot wat veel mensen denken: huisstofmijten zijn géén insecten — en zeker niet hetzelfde als bedwantsen. Ze bijten niet, kruipen niet op je huid, en steken niet. Ze zijn in feite zo klein dat je ze meestal niet met het blote oog ziet.

Wat wél echt telt, zijn hun uitwerpselen. Die zweven soms mee in het stof, en juist die minuscule stukjes kunnen een allergische reactie veroorzaken — vooral bij gevoelige mensen.
Onderzoek toont dat veel mensen met ademhalingsallergieën of astma juist overgevoelig zijn voor huisstofmijt. Bij kinderen is het extra relevant: hoe vaker en intensiever de blootstelling, hoe groter de kans dat net huisstofmijt – en niet per se pollen of dieren – de boosdoener is.
Waar die spinachtige beestjes zitten
Huisstofmijten voelen zich prima thuis in zachte, warme en vochtige woonomgevingen. Hun favoriete plekken zijn:
- Matrassen, kussens en dekbedden
- Stoffen meubels (banken, fauteuils)
- Tapijten en vloerkleden
- Gordijnen en stoffering
Juist in slaapkamers en woonkamers dus, waar ze in stofophopingen hun gang kunnen gaan.
Veelgemaakte verwarring: huisstofmijt ≠ bedwants
Sommige mensen verwarren huisstofmijten met bedwantsen — dat is een grote vergissing.
- Bedwantsen zijn echte insecten, groter, en voeden zich met bloed. Ze bijten, wat jeukende bultjes oplevert.
- Huisstofmijten daarentegen leven van huidschilfers, dode huidcellen en microscopisch stof. Ze veroorzaken géén beten.
Kortom: last van jeukende bultjes? Dan is de kans groot dat het bedwantsen zijn, niet huisstofmijt.
Maar last van niesbuien, verstopte neus, astma of allergieën — dan zijn het eerder huisstofmijten.
Hoe je de “onzichtbare gast” in huis onder controle houdt
Je huis volledig vrij houden van huisstofmijt is praktisch onmogelijk. Maar je kunt hun aantal én de blootstelling sterk verminderen. Hier zijn een aantal bewuste en doeltreffende aanpassingen:
- Hou de luchtvochtigheid onder controle: idealiter tussen de 30 % en 50 %. Droge lucht maakt het moeilijker voor mijten om te overleven.
- Ventileer dagelijks: zet ’s morgens of bij droog weer 5 à 10 minuten ramen open. Zo ververs je de lucht en verlaag je vocht.
- Kies voor harde of gladde materialen: stoffen meubels, tapijten, dikke gordijnen of wollen items zijn dé favoriete verblijfplaatsen. Vervang ze bij voorkeur door lederen, houten of gladde meubels en jaloezieën.
- Minimaliseer textiel in slaapkamer en woonruimte: gebruik geen of zo weinig mogelijk tapijt, vermijd onnodige kussens of wollen dekens, en beperk stapels stoffen.
- Investeer in anti-mijt beddengoed: beddengoed van synthetische, wasbare vezels of speciaal “mite-proof” katoen met dichte weving helpt om mijten buiten te houden. Bij regelmatig wassen op hoge temperatuur daalt de aanwezigheid aanzienlijk.
- Was en droog beddengoed regelmatig op hoge temperatuur (minstens 60 °C) of droog het in de zon. Dat doodt niet alleen mijten, maar ook hun eitjes.
Waarom echte informatie belangrijk is
Door onderscheid te maken tussen huisstofmijt en bedwantsen, voorkom je onnodige paniek. Veel mensen proberen namelijk hun huis “mijtvrij” te maken met maatregelen die eerder bedoeld zijn voor insecten of ongedierte — maar die weinig effect hebben op de allergie-veroorzakende mijten.
Bovendien: door te focussen op luchtvochtigheid, goede verluchting en slim textielgebruik, verlaag je niet alleen het hooikoorts- en astmarysiko, maar ook de kans op schimmelvorming en andere ongewenste huisstofverwanten.