Ja, ik weet het. We houden niet van regen. Zeker niet in de zomer! We willen op ons terras liggen en bruinen. Maar vergeet niet dat de natuur water nodig heeft. En dat de droogte moordend is.
Voir cette publication sur Instagram
Dus vandaag stel ik een oude methode voor die weer in is: de olla, potjes die in de grond worden gegraven en planten irrigeren en de waternoden beperken. Deze 4000 jaar oude techniek werd al gebruikt aan de Middellandse Zee, waar de grond droog en dor is. Olla betekent “pot” of “ketel” in het Spaans. Schattig!
Leg ik je het principe uit?
De potten, ingegraven in je (moes)tuin of tuinperk, verspreiden permanent water dankzij de poreusheid van terracotta. Gemakkelijker kan niet en het is ook nog eens erg efficiënt. Economisch en ecologisch! Het systeem kan een bloemenperk irrigeren, maar ook fruitbomen en groenten… Een olla moet een keer per week worden gevuld!
Een fortuin!
In de winkel kost het jammer genoeg snel veel geld (tot 35 euro, afhankelijk van de maat en de vorm), terwijl je het gemakkelijk zelf kan maken.
- Recupereer eenvoudige potten in terracotta (of koop ze tegen een lage prijs) en maak de onderkant dicht. Wees creatief: siliconen, glazenonderzetters, mortel… Zelfs kurken stoppen kunnen werken.
- Graaf daarna een gat, niet te ver van je planten
- Steek daar de pot in en klaar! Reken ongeveer één olla per vierkante meter.
Graaf niet te diep!
De olla moet (enkele centimeters) uit de grond steken om gemakkelijk gevuld te worden en om het deksel gemakkelijk te kunnen verwijderen. Inderdaad, je moet de olla bedekken met een deksel om te vermijden dat het water verdampt of er muggen in komen. Breek je het hoofd niet: een onderzetter volbrengt deze taak prima.
Voilà! Het poreuze materiaal van de potten zal ervoor zorgen dat je planten niet meer absorberen dan noodzakelijk: ze zorgen voor zichzelf! Een regelmatige bevloeiing en een mooie geste voor de planeet. Wat wil je nog meer!