Huisje, tuintje, boompje… een reeks verkleinwoorden die de vastgoeddroom van vele Belgen omschrijft. Maar er zijn ook mensen die daar geen nood aan hebben of om andere redenen niet in een hokje van de traditionele woonvormen te plaatsen zijn. Gelukkig voor hen zijn er ook andere manieren van wonen.
De stijgende prijzen van woningen, energiekosten die de pan uit swingen, meer singles, de vergrijzing van de bevolking… er zijn heel wat redenen waarom mensen ervoor kiezen om niet te gaan voor een traditionele woonvorm. Dit zijn enkele van de alternatieven die aan populariteit winnen.
Cohousing
Bij cohousing delen verschillende mensen een woonstructuur waarbij ze elk minstens over één private leefruimte beschikken en minstens één leefruimte gedeeld wordt. In Vlaanderen valt deze woonvorm onder de definitie van ‘gemeenschappelijk wonen’. Het heeft geen invloed op je personenbelasting, maar kan wel van belang zijn als één van de bewoners in aanmerking komt voor een uitkering. Vraag dus op voorhand bij je gemeente, notaris of andere instanties na wat de bepalingen hierrond zijn. Denk ook aan de juiste verzekeringen.
Cohousing wint aan populariteit omdat je een aantal kosten kan delen en omdat er een aantal functies van het gebouw of bepaalde diensten gedeeld worden. Daarnaast is het ook een sociale vorm van wonen: er is altijd wel iemand om een praatje mee te slaan of waarop je kan rekenen voor hulp. De praktische taken worden vaak ook verdeeld. Anderzijds kunnen ruzies en meningsverschillen escaleren en iedereen heeft zijn of haar gevoeligheden, zeker wanneer het om privacy gaat. Maak daarom van in het begin duidelijke afspraken waar iedereen zich aan moet houden en zorg voor gemeenschappelijke activiteiten waarmee je op een informele manier kan overleggen.
Kangoeroewonen en zorgwonen
Wanneer twee partijen onder één dak wonen met elk hun aparte wooneenheid – een hoofdwoning en een kleinere ‘buidelwoning’ – is er sprake van kangoeroewonen. De leeftijd of de gezondheidstoestand van die partijen, en ook de onderlinge band is daarbij niet van belang: het kan gaan om een familielid of om iemand waarmee je geen familieband hebt. Het is een sociale manier van wonen waarmee je in sommige gevallen kosten kan besparen, maar er hangen ook regels aan vast. Zo heb je bijvoorbeeld een stedenbouwkundige vergunning nodig om een bestaande woning op te splitsen in verschillende wooneenheden. Informeer je daarom in detail voor je eraan begint.
Een zorgwoning is een wettelijk bepaalde vorm van kangoeroewonen waarbij aan bepaalde regels moet voldaan worden om de praktische uitwerking op wettelijk vlak te vergemakkelijken. Zo geldt er bij een zorgwoning geen vergunningsplicht, maar wel een meldingsplicht. De voorwaarden zijn onder andere dat de buidelwoning maximum een derde mag beslaan van het bestaande woonvolume, er maximaal één buidelwoning mag zijn en er maximaal 2 hulpbehoevenden of 65-plussers in de buidel- of hoofdwoning mogen wonen. Zowel bij kangoeroewonen als zorgwonen is er sprake van 2 aparte wooneenheden, waardoor er geen fiscale impact is in de personenbelasting.
Tiny house
Een heel andere woontrend is de ‘tiny house’-beweging. Deze microwoningen zijn populair bij jongeren en anderen die hun ecologische voetafdruk of de impact van hun woning op hun budget willen verkleinen. De afmetingen en uitrusting in een tiny house is dan ook beperkt tot het hoogstnodige, met vaak creatieve oplossingen om alles wat je nodig te laten passen in zo’n kleine ruimte. Ook de de verwarmingskosten zijn beperkt gezien het kleine volume. Maar weet waar je aan begint, want tiny houses zijn echt klein en die manier van leven moet je liggen.
Daarnaast is er nog het wettelijke vacuüm rond tiny houses. In Vlaanderen zijn ze niet vrijgesteld van vergunningsplicht, maar niet elke gemeente kan of wil een vergunning afleveren. Informeer je dus goed, ook wat de aansluiting op elektriciteit en water betreft. Bovendien zijn veel tiny houses te klein om je wettelijk in te domiciliëren, wat sommigen ertoe aanzet om hun wettelijke verblijfplaats elders te vestigen, wat wettelijk gezien niet mag. En zo wordt een voor een aantal mensen op het eerste gezicht interessante woonvorm voor velen een onmogelijke uitdaging. Informeer je dus voldoende over alle mogelijke aspecten!