Na een opsomming van de voor- en nadelen van accumulatieradiatoren, concentreren we ons nu op de elektrische inertieradiator. Er bestaat veel verwarring tussen beide en dus kan er het één en ander worden rechtgetrokken. Bovendien profiteert de laatste soort van vernieuwende technologie.
Het principe is min of meer vergelijkbaar: deze radiatoren accumuleren de energie die door een elektrische weerstand wordt geproduceerd en herverdelen deze vervolgens. Deze inertieradiatoren zijn onderverdeeld in twee categorieën: vloeibare of droge inertie.
Vloeibare inertie
Zoals de naam al doet vermoeden, bevat de vloeibare inertieradiator een vloeistof die voor de warmtestraling zorgt. Deze vloeistof is over het algemeen een olie (mineraal of plantaardig) die niet oververhit raakt. In sommige gevallen kan dit type verwarming onderhevig zijn aan lekken.
Droge inertie
Dans le cas des radiateurs à inertie sèche, ce sont généralement des pierres d’un type bien spécifique (volcanique, stéatite, ollaire…) qui font office d’accumulateur. Le radiateur en lui-même est conçu pour diffuser la chaleur de la manière la plus douce et homogène possible.
Het verschil met accumulatieradiatoren?
Hoewel het werkingsprincipe tussen deze twee radiatoren zeer gelijkaardig is, mogen ze niet worden verward. De inertieradiator is immers voorzien met veel recentere technologie, waardoor hij een veel voordeligere verhouding prestaties/afmetingen/gewicht geniet. Bovendien maakt de werking ervan een nauwkeurige temperatuurregeling in een ruimte mogelijk.
Rekenen maar!
In ieder geval, bereken eerst zorgvuldig het vermogen dat je nodig hebt, wetende dat een radiator met een vermogen van 1000 Watt een goed geïsoleerde ruimte van ongeveer 15 m² kan verwarmen. De prijzen liggen tussen € 200 en € 1000. In vergelijking met een traditionele elektrische verwarming ligt de rekening 20 tot 50% lager.